Wat is een Taylorreeks?

Stel je voor dat je een ingewikkelde functie zoals sin(x) of e^x probeert te begrijpen of berekenen zonder rekenmachine. Dan kun je gebruikmaken van een Taylorreeks: een slimme manier om zo’n functie te benaderen met een som van simpele machten van x.

De Taylorreeks zegt eigenlijk: “Als ik maar genoeg termen neem, dan komt mijn simpele som heel dichtbij de echte waarde van de functie.” Het werkt vooral goed dichtbij een bepaald punt (vaak x = 0).

Wiskundige definitie van de Taylorreeks rond punt \(a\):
\[ f(x) = \sum_{n=0}^{\infty} \frac{f^{(n)}(a)}{n!}(x - a)^n = f(a) + f'(a)(x - a) + \frac{f''(a)}{2!}(x - a)^2 + \cdots \]
Elke term gebruikt de \(n\)-de afgeleide van de functie, gedeeld door de factoriële van \(n\) (zoals \(n!\)).

Voorbeeld 1:

de Taylorreeks van \( \sin(x) \) rond 0 (Maclaurin-reeks):

\[ \sin(x) = x - \frac{x^3}{3!} + \frac{x^5}{5!} - \frac{x^7}{7!} + \cdots \]
Let op het patroon: alleen oneven machten, en het teken wisselt telkens.

Voorbeeld 2:

de Taylorreeks van \( e^x \) rond 0:

\[ e^x = 1 + x + \frac{x^2}{2!} + \frac{x^3}{3!} + \frac{x^4}{4!} + \cdots \]
Omdat alle afgeleiden van \(e^x\) gelijk zijn aan \(e^x\), is dit een van de eenvoudigste functies om te benaderen.

Waarom werkt dit?

Je kunt het zien als het bouwen van een functie stukje bij beetje. De eerste term \(f(a)\) is gewoon het beginpunt. De tweede term geeft een rechte lijn – de raaklijn. De derde term voegt kromming toe – alsof je de bocht van de grafiek probeert te volgen. Hoe meer termen, hoe beter de bocht past bij de echte functie.

Taylorreeks sin(x) plot

Plot van sin(x) en Taylor-benaderingen

Wanneer gebruik je dit in de praktijk?

  • Computers om functies als \(\sin(x)\), \(\cos(x)\) en \(e^x\) te berekenen zonder rekenmachine.
  • Fysica om kleine afwijkingen te beschrijven (zoals trillingen rond evenwicht).
  • Techniek en luchtvaart om systemen te modelleren.
  • Wiskundige bewijzen en benaderingen van complexe functies.
Vraag 1:
Je wil de functie sin(x) benaderen met een Taylorreeks rond het punt x = 0.

a. Wat is de derde term (dus de term bij \(x^5\)) van deze reeks?
b. Waarom komen er alleen oneven machten van x voor in de Taylorreeks van sin(x)?
c. Leg uit waarom het teken van elke volgende term wisselt tussen positief en negatief.
Vraag 2:
De functie \( e^x \) is bijzonder makkelijk te benaderen met een Taylorreeks.

a. Wat is de Taylorreeks van \( e^x \) tot en met de term bij \( x^3 \)?
b. Wat is de waarde van de vijfde afgeleide van \( e^x \) bij \( x = 0 \)?
c. Wat maakt deze functie zo bijzonder in vergelijking met bijvoorbeeld sin(x) of ln(x) wat betreft Taylorreeksen?
Vraag 3:
Je gebruikt een Taylorreeks om een ingewikkelde functie te benaderen in een computersimulatie.

a. Waarom gebruik je meestal maar een paar termen in de praktijk?
b. Wat gebeurt er als je een Taylorreeks gebruikt ver weg van het punt waarvoor hij is opgesteld (zoals x = 0)?
c. Geef een praktisch voorbeeld waarin een Taylorreeks gebruikt wordt in de techniek.
Uitwerkingen Vraag 1:

a. Derde term van sin(x):
De Taylorreeks van sin(x) rond 0 is:
\[sin(x) = x - \frac{x^3}{3!} + \frac{x^5}{5!} - \dots \]
De derde term (bij \(x^5\)) is:
\[ \frac{x^5}{5!} = \frac{x^5}{120} \]

b. Alleen oneven machten:
Omdat de afgeleiden van sin(x) bij even machten (zoals x², x⁴, x⁶) nul zijn bij x = 0. Alleen de afgeleiden van oneven orde zijn daar niet nul.

c. Tekenwisseling:
Bij elke afgeleide verandert het teken: sin → cos → -sin → -cos → sin → ...
Hierdoor wisselen de termen in de reeks tussen positief en negatief.
Uitwerkingen Vraag 2:

a. Taylorreeks van \( e^x \) tot \( x^3 \):
\[ e^x = 1 + x + \frac{x^2}{2!} + \frac{x^3}{3!} = 1 + x + \frac{x^2}{2} + \frac{x^3}{6} \]

b. Vijfde afgeleide bij \( x = 0 \):
Alle afgeleiden van \( e^x \) zijn weer \( e^x \), dus ook:
\[ f^{(5)}(0) = e^0 = 1 \]

c. Bijzonderheid:
Elke afgeleide van \( e^x \) is weer \( e^x \). Daardoor is de Taylorreeks bijzonder eenvoudig en convergeert overal, niet alleen rond x = 0.
Uitwerkingen Vraag 3:

a. Waarom maar een paar termen:
Elke extra term kost rekentijd. Vaak is een benadering met 3 tot 5 termen al nauwkeurig genoeg voor toepassingen zoals grafieken of simulaties.

b. Gebruik ver van 0:
De Taylorreeks is alleen accuraat dicht bij het ontwikkelpunt (bijvoorbeeld x = 0). Ver daarvandaan kunnen grote afwijkingen optreden.

c. Praktisch voorbeeld:
In de luchtvaart wordt een Taylorreeks gebruikt om de liftkracht van een vleugel te benaderen als deze kleine trillingen of afbuigingen ondergaat. De beweging van het vliegtuig kan ook gesimuleerd worden met de Taylorreeks, mits de afwijkingen klein zijn.